Zowel hitte als koude bevorderen ziekenhuisopname wegens decompensatie. Sterfgevallen komen daarentegen vaker voor bij warm weer. Het hart houdt het meest van een lagedrukgebied met temperaturen tussen 10 en 20°. Meer hete zomers zijn slecht nieuws.
Op een regenachtige dag is de kans om naar het ziekenhuis te moeten voor decompensatie bij hartfalen blijkbaar het kleinst. Onder een hogedrukgebied - meestal met hoge temperaturen in de zomer en koele temperaturen in de winter - neemt het risico op een ziekenhuisopname toe. Dat is de conclusie van onderzoekers onder leiding van Dr. Òscar Miró van het Institut d'Investigacions Biomèdiques (Universiteit van Barcelona) toen ze de weergegevens naast de ziekenhuisopnames van hartfalenpatiënten legden in Spanje. Vooral met het oog op de warmere zomers met hun vaak langer aanhoudende hoge druk, zou de nieuwe klimatologische realiteit voor sommige hartpatiënten een probleem kunnen worden.
Het feit dat warmte invloed heeft op hartpatiënten is op zich geen nieuws als het gaat om hartaanvallen: niet alleen komen ze vaker voor bij extreem hoge temperaturen, maar de infarcten zijn ook aanzienlijk groter dan op koelere dagen, aldus Miró's team. De invloed van het weer op het risico van decompensatie bij hartfalen is daarentegen veel minder duidelijk.
De onderzoekers uit Barcelona namen daarom de gegevens over de spoedopname van hartfalenpatiënten van 26 ziekenhuizen in 16 Spaanse steden onder de loep. Ze kwamen uit een hartfalenregister dat al sinds 2007 loopt.
In totaal konden ze de gegevens van ongeveer 16.500 patiënten analyseren, van wie ongeveer driekwart in een ziekenhuis moest worden opgenomen, en ongeveer 7% daar vervolgens overleed.
Gemiddeld waren de spoedopnamegevallen 83 jaar oud, de meesten kwamen in de winter (68%), 56% waren vrouwen. Miró's team was vooral geïnteresseerd in de afwijking van de luchtdruk van de gemiddelde waarde in de respectieve steden, en wel om verschillen door de hoogte te vermijden. Bovendien bepaalden ze de waarden op de dag vóór de spoedopname, aangezien een temperatuur- of luchtdrukmaximum in de namiddag geen invloed kan hebben op een ochtenddecompensatie.
16°C ideaal
Op de dag vóór de opname bereikte de temperatuur een gemiddeld dagmaximum van 16 °C en bedroeg de luchtdruk 983 hectopascal (hPa).
Het opnamerisico van patiënten met hartfalen op de spoed bleek het laagst bij een maximale dagtemperatuur van 16 °C en nam het toe bij zowel hogere als lagere temperaturen. In vergelijking met een referentiewaarde van 20 °C nam het aantal ziekenhuisopnamen toe met 65% bij 40 °C en met 21% bij 5 °C - er was dus sprake van een U-vormige curve.
Anderzijds nam men een hoger risico op ziekenhuisopname waar bij toenemende luchtdruk. Voor luchtdrukafwijkingen van 30 hPa onder de gemiddelde waarde verminderde het risico met 20%, voor luchtdrukgebieden boven 30 hPa verdubbelde het risico.
Bekeek het team van Miró zowel de luchtdruk als de temperatuur, dan vond het het laagste opnamerisico bij een lage druk gecombineerde met een temperatuur van 10-20°C. Bij hoge temperaturen was de luchtdruk praktisch irrelevant en bij lage temperaturen weinig relevant, zodat de invloed van de luchtdruk hoofdzakelijk beperkt bleef tot het middelste temperatuurbereik van 10-25°C, hetgeen ook verband houdt met het feit dat de luchtdrukvariabiliteit in Spanje in dat bereik het grootst is.
Sterftecijfer
Keken de onderzoekers naar het sterftecijfer bij de spoedopnames, dan ontstond een enigszins ander beeld: dit correleerde zowel met toenemende druk als met hoge temperaturen: bij 5°C was het sterftecijfer 8% lager, bij 40°C tweemaal zo hoog als bij 20°C, een drukafwijking naar beneden met 30 hPa werd geassocieerd met een 18% lager sterftecijfer, een overeenkomstige afwijking naar boven met een 73% hoger sterftecijfer. De sterfte is dan het laagst bij temperaturen van minder dan 20 °C samen met lage luchtdruk, d.w.z. meestal wanneer een regengebied over het land trekt.
Hoe goed de resultaten naar andere landen kunnen worden overgebracht is onduidelijk, evenals de invloed van luchtdruk en temperatuur. Afzonderlijke landen en regio's hebben verschillende luchtdruk-temperatuurverhoudingen: In continentale klimaten en in noordelijke landen gaat hoge luchtdruk vaak gepaard met extreme koude in de winter en hitte in de zomer. Boven het Spaanse vasteland daarentegen vormt zich in de zomer vaak een thermische laag boven de verwarmde landmassa's. In dat opzicht zou een soortgelijke analyse voor andere landen ook anders kunnen uitvallen.
J Gen Intern Med. 2022 Aug 8.
doi: 10.1007/s11606-022-07743-7.
Laatste reacties
Marc DE MEULEMEESTER
19 augustus 2022Jaren geleden werd ik in een gloeiende zomer geroepen voor 1 wielertoerist van vooraan in de 50 die voor den eerste keer mee mocht met zijn “ vrienden “ ervaren koe reurs !
Die ervaren rotten moesten vaneigens eens tonen wat ze konden en reden die “amateur” los(t), en alhoewel ze zagen dat hij achter adem snackte lieten ze hem achter!
Die man lag op een kokend voetpad in de brandende zon en vroeg maar 1 ding aan de bijgeroepen MUG :
“ leg mij in de schaduw “
Het was voor de garagepoort van een lege frisse garage en de oude zak eigenaar die alles stond te bekijken weigerde zijn frisse garage te openen om de man op de koude garagevlier te leggen !
De man is gestorven onder ons ogen en gad volgens mij meer kans gehad op overleving indien de MUG had kunnen werken aan hem op een koude ondergrond en in de schaduw !
Lezing uit “ the School of Life “!