De problemen met slaapapneuapparaten van Philips zijn minder gevaarlijk voor gebruikers dan het Nederlandse zorgtechnologiebedrijf eerder dacht. Dat heeft de onderneming gezegd, op basis van vroege onderzoeksresultaten naar de apparaten. De terugroepactie gaat evenwel onverminderd door.
De problemen werden veroorzaakt door het geluidisolerend schuim in de apparaten. Dat kon mogelijk afbrokkelen, maar ook chemische stoffen afgeven. Omdat Philips niet wist hoe schadelijk die chemicaliën waren, ging het bedrijf ervan uit dat ze kankerverwekkend waren. Maar na uitgebreide tests in het laboratorium bleek de afgifte van chemische stoffen veel minder dan gevreesd, aldus het bedrijf zelf. Bovendien bleken de geteste machines qua uitstoot van stoffen ook nog binnen de veiligheidsnormen te zitten. Daarmee is de kans op kanker en andere ziektes als gevolg van het gebruik van de slaapapneumachines "zeer klein", volgens Philips.
Veel van de problemen zouden zijn veroorzaakt door het schoonmaken van de apparaten met ozon, wat Philips nooit heeft aangeraden en waarvoor door de Amerikaanse toezichthouder FDA zelfs werd gewaarschuwd.
Wereldwijd wil Philips eind dit jaar 90 procent van de ongeveer 5,5 miljoen betrokken apparaten vervangen door een nieuwe of een volledig herzien exemplaar met een ander soort isolatieschuim. Daarvoor zette Philips al bijna 900 miljoen euro opzij.
Het aandeel Philips zakte maandagochtend wel met 3,7 procent op de beurs van Amsterdam.