Het aantal mensen dat wereldwijd sterft aan de gevolgen van een besmetting met hepatitis is toegenomen van 1,1 miljoen in 2019 tot 1,3 miljoen in 2022. Dat blijkt uit cijfers van de Wereldsgezondheidsorganisatie. De bevinding is opmerkelijk, omdat het aantal infecties met hepatitis in dezelfde periode terugliep. Volgens de WHO worden veel te weinig hepatitisbesmettingen vastgesteld en behandeld.
In 2019 raakten volgens de WHO nog 2,5 miljoen mensen besmet met een vorm van hepatitis. In 2022 waren dat er 2,2 miljoen. Volgens de Wereldgezondheidsorganistie wijst die daling erop dat vaccinatie- en andere preventiecampagnes hun vruchten afwerpen.
Toch raken nog elke dag 6.000 mensen besmet met hepatitis, stipt de organisatie aan. De ziekte blijft bovendien dodelijk. Hepatitis kan in vijf verschillende vormen voorkomen, allen veroorzaakt door een ander virus, maar hepatitis B en C zijn de gevaarlijkste varianten. Van alle sterfgevallen als gevolg van een hepatitisbesmetting is 83 procent terug te voeren tot hepatitis B, 17 procent overlijdt na een infectie met hepatitis C.
De twee hepatitisvarianten komen vooral in Afrika en Azië voor, vaak in landen waar de gezondheidszorg te wensen overlaat. In 2022 had bijvoorbeeld slechts 3 procent van de hepatitis B-patiënten toegang tot antivirale therapie, voor de hepatitis C-patiënten was dat 20 procent. Bovendien wordt de besmetting vaker niet dan wel vastgesteld, omdat tests en therapieën in veel landen integraal door de patiënt moeten worden betaald.
Twee derde van de wereldwijde nieuwe infecties met een variant van hepatitis doet zich voor in Ethiopië, Bangladesh, China, India, Indonesië, Nigeria, Pakistan, de Filipijnen, Rusland of Vietnam. Hepatitis A en E verspreiden zich via verontreinigd voedsel, besmettingen met de varianten B en C gebeuren via het bloed of seksueel contact.